L’Histoire n’existe pas, zei een Fransman ooit: il n’y a que des histoires. Verhalen dus, geschiedenissen, verwikkelingen, die samen het verleden vormen. Maar ook, niet te vergeten, gevoelens: wat mensen belangrijk vonden, en mooi. Waar ze bang voor waren, en waarop juist trots. Hoe ze leefden, hoe ze met elkaar omgingen in een wereld die totaal anders was dan de onze: met veel minder comfort, minder vrijheid, en enorme verschillen in welvaart en status. Een wereld waar men ‘zijn plaats moest kennen’, en plichten hoger werden aangeslagen dan rechten.
Zo is kleding voor de meesten van ons geen grote zorg, maar tot halverwege de 20ste eeuw was het dat voor bijna iedereen wél. Regels waren strenger, textiel was peperduur. Daarover gaat het in 2017 verschenen Tot op de draad. De vele levens van oude kleren (uitgeverij Atlas Contact). Kleren werden doorgegeven, uitgedeeld, versteld, vermaakt, verkocht, vereerd, beleend en – niet te vergeten – gestolen.
René van Stipriaan schreef een aardige recensie in NRC Handelsblad, hier te lezen. Andere lovende besprekingen verschenen in het blog van mistermccool, op de website van Athenaeum Boekhandel en op Historiek.net.
Ook vertelde ik over Tot op de draad in het programma VPRO Boeken op 14 mei 2017: het programma is hier terug te zien.
In de film Romantische mode – Mr. Darcy meets Eline Vere treed ik op, samen met anderen, om te vertellen over 19de-eeuwse mode. Dit naar aanleiding van een tentoonstelling die in 2014/15 te zien was in het Gemeentemuseum Den Haag. Eind 2017 maakte Bram Vreugdenhil de film Feestmenu’s rond 1900 in opdracht van het Museum Willet-Holthuysen. Naar aanleiding van een collectie menukaarten uit de periode 1880-1930 van de familie Wertheim vertel ik daarin over de dinergewoonten van de Amsterdamse elite.
Beeld links: Félix Vallotton, Le Bon Marché (1893). Houtsnede op papier, collectie Van Goghmuseum, Amsterdam.