Ileen
Montijn

 

Hup, elite

29 januari 2011

Tekening Albert Hahn, De Notenkraker, 22 januari 1916

Tekening Albert Hahn, De Notenkraker, 22 januari 1916

Wow! Een heel groot stuk in de krant over de Nederlandse bovenlaag, over standsverschil, sterker nog: een stuk met de conclusie dat de ’traditionele elite’ zich weer meer zou moeten manifesteren. Jaap Scholten, die de upper class tot het onderwerp van zijn boeken heeft gemaakt, pakt uit, samen metNRC Handelsblad. (Raar is dat in de tekst vooral de venijnige kanten van de vaderlandse deftigheid aandacht krijgen, naast de ellende die de Hongaarse elite onder de communisten heeft doorgemaakt. En dat het wordt geïllustreerd met oude foto’s uit Frankrijk en Duitsland.)

Nee, ik ben het niet met Scholten eens. Maar fascinerend is het allemaal wel. Alleen al, omdat zijn artikel een opvallend bewijs is van het tegendeel van wat hij zegt, namelijk dat standsverschil nog steeds een taboe zou zijn in Nederland. Integendeel: het thema is hot. Sociologen en historici interesseren zich meer dan ooit voor elites. Het ‘oude geld’ doet lang niet meer zo timide als in de jaren zestig en zeventig. Er verschijnen succesvolle boeken over hofdames, upper class-verzetshelden en de Hongaarse adel. Het is één grote inhaaloperatie, heel terecht. Maar de gedachte dat de adel en het patriciaat weer het voortouw moeten nemen om het vaderland te redden is wel erg naïef.