Bij het oversteken van de Jacob Obrechtstraat zie ik een eind verderop een agent staan, nee, twee agenten, wit overhemd, ouderwetse pet. Wat doen die daar? vraag ik me af, en ik weet het antwoord een seconde later: het is vrijdagmiddag, het is sabbatavond, het is de sjoel. Die moet bewaakt worden.
Godsdienst is splijtstof, springstof, godsdienst is gevaarlijk. Dat is natuurlijk geen nieuws, het is altijd zo geweest, maar het is in deze tijd zo akelig actueel – en er zijn maar zo weinig mensen die het zien. Iedereen met enig fatsoen pleit tegen geweld en voor verdraagzaamheid, natuurlijk, ook in de kerken en de synagogen en de moskeeën gebeurt dat. Maar waarom zijn er toch maar zo weinig mensen die zien dat het ’t georganiseerde geloof zelf is, dat tot fanatisme en haat leidt? Godsdienst en nationalisme, die twee… sorry lezer, het thema is te groot voor deze kleine stukjes. Maar soms loopt het hart even over.
P.S.: Oeps. Waar het hart vol van is, dat zie je ook als het er even niet is. Er was een hijskraan omgevallen op het Jacob Obrechtplein, zo meldt het AT5-nieuws. Daarmee zijn meteen de onschuldige overhemdjes en petten van de agenten verklaard: die regelden gewoon het verkeer. De synagoge wordt al jaren met krijgshaftiger middelen bewaakt. Dus vergeet wat ik hierboven schreef – althans de eerste alinea. Niet de tweede.